En ineens voelde ik me een slecht mens

De meeste mensen deugen niet, als het om dieren gaat. Ik ben er zelf ook zo een. Ja, ik zal nooit een vlieg kwaad doen – een mug trouwens wel – maar ook ik mishandel dieren. Ik denk aan het ei dat ik morgenochtend ga eten bij het ontbijt. Dat ligt op mijn bord dankzij een kip die haar hele leven in gevangenschap slijt. Ze mag alleen maar eieren leggen. Ze is gereduceerd tot machine. Ik weet het. En toch ligt het ei op mijn bord.
Ik ben mijn hele volwassen leven al vegetariër. Eerst gebruikte ik dat als excuus, een ei leeft niet echt. Nu begint het steeds meer te knagen. Maar het ei ligt er nog steeds. Ik ben als de roker die altijd zegt dat hij volgende maand gaat stoppen. Ik kan nu zeggen dat ik nooit meer eieren zal eten maar ik weet ook dat ik dat niet ga volhouden.
Vroeger moest ik altijd grinniken om mensen die, als ik zei vegetariër te zijn, haastig reageerden met ‘ik eet ook heel weinig vlees’. Die het verschil niet willen snappen tussen weinig en geen. Nu ben ik zelf zo’n type. Ik weet wat ik doe en ik wil het niet weten, ik ontken het.
Ik schrijf dit zo op omdat het knaagt. En het knaagt omdat ik net een film heb gezien. Eo, over de lotgevallen van een ezel. Het is een film die in je kruipt, die je hart vastgrijpt en het door elkaar schudt. Die je hoofd binnendringt en op je hersens inbeukt, op zoek naar je geweten.
In de openingsscène zien we Eo de ezel gebruikt worden als circusdier. Dan vallen de autoriteiten het terrein binnen. Het optreden met dieren is met een nieuwe wet per direct verboden. Je denkt even dat de beschaving oprukt, zoals we iedere maatregel tegen dierenmishandeling beschouwen, maar dat is schijn. Eo wordt afgevoerd, belandt in een manege waar paarden door paardenliefhebbers met zo’n zorg worden behandeld dat je ziet dat het mishandeling is. Eo ziet het ook aan. Daarna begint een soort road movie waarbij de ezel steeds opnieuw in de problemen komt. Ik ga daar verder niks over zeggen.
De film laat zien hoe Eo de wereld ervaart. Van mensen heeft hij, net als de andere dieren, weinig goeds te verwachten. Een ezel is een lastdier. Voor het eerst drong dat woord goed tot me door. De dieren dragen onze lasten.
De film is in die zin misantropisch. Bijna ieder dier heeft dan ook volop reden misantroop te zijn. De enige uitzonderingen zijn misschien honden en katten. Ook tegelijk ongeveer de enige dieren die niet door mensen opgegeten worden.
Tegen elkaar doen de mensen in de film niet veel beter trouwens. Er is gruwelijk geweld. Eo passeert tegen het einde een grafsteen met joods opschrift, een verwijzing naar de Holocaust.
Eo is een visueel en auditief spektakel. De 84-jarige regisseur Jerzy Skolimowski trekt alles uit de kast om de apocalyptische sfeer te creëren waar dieren permanent in verkeren als ze met mensen te maken hebben.
Het is een prachtige film, alom geprezen en genomineerd voor een Oscar in de categorie Beste Buitenlandse Film. Het is ook een film die je met de neus op de feiten drukt. Hartverscheurend. Een drama over de wrede, permanente oorlog tegen dieren. Hoe kunnen we zo zijn?
Ja, hoe? Morgenochtend een ei bij ontbijt. Het deugt niet en ik evenmin.
PS: Iedere zondagavond verstuur ik In de Week, een persoonlijke nieuwsbrief over wat ik de afgelopen week zag, las, hoorde en dacht. Fijn als je die wilt ontvangen. Abonneer je hier gratis. Dank je wel.