De wedergeboorte van het activisme

In Rotterdam werd dit weekend In Search of Humanity geopend, een grote overzichtstentoonstelling van het werk van AI Weiwei. Misschien heb je nog nooit van hem gehoord maar hij is de belangrijkste kunstenaar van deze tijd. Om niet te zeggen een wereldster. In Londen ging het Design Museum deze zomer zelfs in de avonduren open om de grote publieke belangstelling aan te kunnen en dat betrof een veel kleinere tentoonstelling.

Ai Weiwei maakt kunst die oogt als speelgoed en andersom. Dat vindt wellicht zijn oorsprong in zijn jeugd die hij doorbracht in een gevangenkamp in Klein-Siberië. De Chinese communistische partij sloot zijn vader, een dichter, daar op omdat die zich uitsprak tegen misstanden.

In de jaren ‘80 belandde Ai Weiwei als jong kunstenaar in de Verenigde Staten. China leek even wat vrijer te worden en Ai Weiwei werd gegrepen door onder meer popart, de kritische vrijheidsbeweging die in de jaren ‘60 de wereld veroverde. Popart kunstenaars maakten de alledaagsheid tot kunst. Dat is in zijn werk terug te zien. Het is vaak ook grappig. Maar Ai Weiwei vermengt dat met scherpe maatschappijkritiek. Het is Warhol met een missie. Hij mixt daarbij schijnbare tegenstellingen tot verwarrende mengsels, hij is scherp maar ook zacht. Hij provoceert, kocht een kostbare antieke vaas en gooide die stuk om er nieuwe kunst van te maken.

In de Kunsthal zie je bijvoorbeeld een antieke Chinese vaas waar hij het Coca Cola logo op heeft geschilderd. Dat is schokkend, zo’n kostbaar voorwerp uit de oudheid gevandaliseerd. Maar is dit niet precies wat overal gebeurt? Billboards die eeuwenoude landschappen verzieken, multinationals die uit nietsontziend winstbejag de volksgezondheid bedreigen, de hele cultuur die wordt verdrongen door commercialisering? Althans dat zijn mijn gedachten erbij. Ai Weiwei schrijft de kijker niet voor wat te vinden.

Neem het werk I Can’t Breathe. Dat waren niet alleen de laatste woorden van Eric Garner, de Afro-Amerikaan wiens dood de Black Lives Matter startte maar ook van Jamal Khashoggi toen hij in het Saoedisch consulaat in Turkije werd afgeslacht door de geheime dienst. Ai Weiwei heeft in de vlag van het land de islamitische geloofsbelijdenis, vervangen door de woorden I Can’t Breathe in het Arabisch. Er onder het zwaard en je weet wel hoe laat het is. De vlag is uitgevoerd in glimmende legostenen, wat het de uitstraling geeft van goedkoop ogende kitsch die je associeert met oliesjeiks. Tegelijkertijd heeft het daardoor een andere uitstraling dan de gebruikelijke woede van een protest.

Ik zou zo eindeloos door kunnen gaan. Het ene werk heeft nog meer lading dan het ander en er hangen dan ook overal bordjes met toelichting, dat is geen overbodige luxe om de werken nog beter te waarderen, zoals het bij De Nachtwacht bijvoorbeeld ook handig is om te weten dat het helemaal geen nachtwacht is.

De tentoonstelling laat naar mijn mening een keerpunt in de tijd zien. Dat zit zo. Toen begin jaren ‘90 de geschiedenis gretig ten einde werd bestempeld, werd activisme ook taboe verklaard. Nelson Mandela kon nog wel natuurlijk maar die was dan ook net dood. Activisten waren niet meer te verenigen met de heersende opvattingen. Ze hebben kritiek, willen verandering bewerkstelligen en hebben ook nog idealen, of zelfs een ideologie. Dat past niet in een wereldbeeld waarin de vrije markt automatisch het beste naar boven brengt. Op menig redactie is activist in die tijd een scheldwoord geworden, een code voor negeren, en daarbuiten ook.

Ai Weiwei is een activist. Hij kwam in China in de problemen omdat hij de verzwegen doodsoorzaak van duizenden schoolkinderen aan de kaak stelde. Ze kwamen om het leven omdat hun schoolgebouwen door corrupte praktijken niet aan de veiligheidseisen voldeden. Ai Weiwei, toen al een wereldster, werd opgepakt en 81 dagen vastgehouden. In de Kunsthal staan een soort grote kijkdozen, speelgoed, waarin zijn gevangenschap levensecht in beeld wordt gebracht.

Ai Weiwei zet zich in voor zijn medemensen en keert zich tegen onrecht. Toen hij uit China werd verbannen en zag hoe Europa omspringt met mensen die op de vlucht zijn, trok hij naar het beruchte kamp Moria op Lesbos. Opnieuw maakte hij er confronterende kunst over.

Nu de wereld de desastreuze gevolgen van het roofkapitalisme onder ogen ziet, keert het activisme weer terug. De straten stromen vol, de protesten klinken steeds luider. Overal ter wereld. En de belangrijkste kunsttentoonstelling van het jaar in Rotterdam is activistisch. Mandela zou er trots op zijn.

In Search of Humanity is tot 3 maart te zien.

PS: Iedere zondagavond verstuur ik In de Week, een zeer persoonlijke nieuwsbrief over wat ik de voorbije week zag, las, meemaakte en dacht. Abonneer je hier gratis.

Leave a Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.