Zweverig

Vandaag was de dag waar ik al weken tegenop zag: de marathon. Nee, niet die lange, daar ben ik niet toe in staat, maar de 1/4 versie. Oftewel 10,55 km. Vaste lezers kennen de traditie inmiddels: ik schrijf me maanden van tevoren in, neem me voor hard te trainen en de afstand binnen een uur te lopen. Van trainen komt vervolgens niks, ik raak gefrustreerd en loop de race met moeite uit. De 1/4 marathon is zo eigenlijk een soort mini-autobiografie geworden want het scenario beperkt zich natuurlijk niet tot hardlopen. Het strekt zich uit over mijn hele leven en carrière. Ik probeer ook al 20 jaar een nieuw boek te schrijven, om maar iets te noemen.

Maar dit jaar was het erger dan erg. Ik had niet weinig getraind maar gewoon helemaal niks. Nou ja, twee keer 5km in april en wat gefröbel op de loopband in de gym. Zou ik überhaupt de finish wel halen? Voor het eerst vulde ik met een serieus gevoel de medische gegevens in op de achterzijde van het startnummer. Misschien waren ze wel nodig. In gedachten zag ik twee verpleegkundigen over me heen gebogen. “Kun jij lezen wat er bij z’n bloedgroep staat? Ik niet.” Mijn handschrift is ook al stuk. Soms overweeg ik een cursus kalligrafie om het te repareren. Die gaat ook op het forever to do lijstje.

Ik was zenuwachtig, werd om 5:45 wakker na amper vijf uur slaap. Ook dat nog. Buiten miezerde het. In mijn hoofd eveneens.

Met de metro naar de startplek. Duizenden lopers drentelden rond. Sommigen ontspannen, anderen nerveus. Voor me stond een jonge vrouw in jeans yoga-oefeningen te doen. Rennen in jeans? Ik vroeg me af in welke van de twee categorieën ze viel. Ze leek relaxed maar wie weet wat er in haar hoofd kolkte.

Een vriendin die ik mijn zorgen had gedeeld, appte “Komt helemaal goed joh! Je hebt t al zo vaak gedaan. Lekker rennen, lekker genieten.”

Lekker rennen, lekker genieten. Zo had ik het nog niet bekeken. Ik kon natuurlijk gewoon alles loslaten. Geen streeftijd, geen afstand en gewoon zien hoever ik kom of hoe ik eindig. Er viel iets van mijn schouders af en ik voelde me ontspannen. Misschien moest ik ook wat yoga-oefeningen doen.

Het startsein klonk, de massa van duizenden lopers zette zich in beweging. Ik liet me meevoeren, alsof het een stroom was. Om me heen ving ik flarden van gesprekken op. Over vakanties, feesten en andere plannen. Iemand had een plakkaat op haar rug dat ze liep voor een dierbare die dat zelf niet meer kon.

Ineens kreeg ik door dat ik daar tussen die duizenden mensen in een wolk van dromen liep. Al die mensen koesterden wensen, verlangens en leken daar tijdens het lopen aan te denken, als een soort collectieve meditatie.

Ik zag een bord met 4 kilometer. Normaal gesproken zou ik nu op mijn horloge kijken en aan het rekenen slaan om te zien of ik de gewenste eindtijd kon halen. Maar ik heb al een hele tijd geen horloge meer, dat wil zeggen geen Apple Watch. Al eerder viel me op dat ik daar rustiger van werd. Zo’n apparaat dringt toch voortdurend je leven binnen. Nu sloeg ik niet aan het rekenen. Ik dacht alleen maar: 4km, lekker.

Na vier kilometer neemt je lijf het rennen over. Er is een ritme waar je niet meer bij na hoeft te denken. Het voelde alsof ik zweefde en dat was ook min of meer zo. Als je hardloopt verminder je je contact met het aardoppervlak. Je voeten zijn steeds in de lucht.

Het gekke was ook, ik werd niet moe. Anders maak ik me bij 5 km zorgen of ik nog wel voldoende energie over zou hebben. Nu voelde ik daar geen aanleiding toe. Misschien omdat ik ontbeten had, wat ik anders niet doe voor het rennen. Of zou ik de energie van al die andere mensen opnemen? Omdat ik me nu concentreerde op lekker rennen, lekker genieten. Ik schrok een beetje van mijn eigen zweverigheid. Ik probeerde me nog iets voor te stellen bij de overdracht van energie maar hoorde in de verten van mijn geest het hoongelach van vrienden en liet het erbij. De energie was de loop zelf, het meegevoerd worden met de anderen en de aanmoedigingen van het publiek. Ik hoorde mijn naam en zag langs het parcours de vriendin staan die het wijze advies had gegeven. Wat een toeval.

Bij 8 km en nog vol van energie, kreeg ik het door. Ik drink al sinds september geen alcohol meer. Daar voel ik me enorm fitter door maar dat ben ik dus ook echt. Ik bedacht hoe bizar het is dat je fitter kunt worden door alleen maar iets te laten. Je hoeft er niet eens iets extra voor te doen. Dat was natuurlijk al eerder met roken ook zo. Daar ben ik ruim 20 jaar geleden mee gestopt maar zou ik dat nog doen dan kon ik deze afstand ook niet lopen.

Ik draaide de Coolsingel op en begon te versnellen. Ik had nog zoveel reserves over, die kon ik nu wel opmaken. Ik zweefde niet meer, ik vloog voor mijn gevoel.

Over de finish keek ik op m’n iPhone. Ik had de op een na snelste tijd van de afgelopen 7 jaar gelopen.

Lekker.

PS: In de Week is mijn zeer persoonlijke nieuwsbrief. Iedere zondagavond in je mailbox met tips, ervaringen en ideeën. Abonneer je nu hier. Gratis.

One Comment

  • Mooi Joole. Mooi.
    Hardlopen heb ik jaren geleden al opgegeven. Ik ben gaan wandelen.

Leave a Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Francisco
  • Francisco
  • Journalist