Zo ver durven alleen Fransen te gaan

Fransen gaan met satire vaak een stap verder dan de rest van de wereld. Dat werd weer eens duidelijk met de glorieuze opening van de Olympische Spelen waarmee ze hun grote ideeën van vrijheid etaleerden, tot grote ergernis van alle kleingeestigen. Dat choqueren past in een lange traditie, van de ter dood veroordeelde spotdichter François Villon in de 15e eeuw tot aan het satirische Charlie Hebdo waarvan de redactie in 2015 werd uitgemoord door humorloze islamistische terroristen.
Deze week ging de film Les pistolets en plastique in première, een komedie die zo in het rijtje past. Je lacht je de pleuris en schaamt je dood als je je realiseert waarom.
De film van de anarchistische theatermaker Jean-Christophe Meurisse begint met een dialoog waar Quentin Tarantino nog een puntje aan kan zuigen. Twee pathalogen-anatomen zijn bezig sectie te verrichten op een lijk. Dat ligt opengesneden op tafel. Ze praten ondertussen over Netflix-series en real crime docu’s die allemaal zo gewelddadig zijn. Een van de twee vertelt dat minstens 30 procent van de tijd gruwelijk geweld moet worden getoond omdat de kijkers anders afhaken. Schandalig hoezeer het publiek verslaafd is aan dat soort taferelen, vinden ze terwijl ze het lijk uit elkaar halen. De dialoog wordt steeds grover en grappiger. Het is een aankondiging van wat je als kijker te wachten staat.
Les Pistolets en Plastique is een comedy die de grenzen van wat acceptabel is aftast en er volgens veel critici overheen gaat. Dat begint al met het gegeven. Het is een comedy over een gruwelijke moordzaak. Een die echt gebeurd is. In 2011 vermoordde Xavier Dupont de Ligonnès zijn vrouw, vier kinderen en twee honden. Hij begroef hen in de tuin en sloeg op de vlucht. De gruweldaad werd een paar dagen later ontdekt en er volgde een klopjacht. Niet alleen door de politie maar door een heel leger aan webspeurders omdat de dader, een zeer vrome katholiek, een heel online spoor naliet. Vermoed werd onder meer dat hij zich teruggetrokken had in een streng klooster. De jacht op de verdachte ging gepaard met complicaties die in de film verwerkt zijn. Hij is tot op de dag van vandaag niet gevonden. En ja, natuurlijk is er ook een Netflix-documentaire over gemaakt.
De film is niet waarheidsgetrouw, verre van, maar drijft de spot met de publieke obsessie met dit soort gruweldaden en de blinde verheerlijking van de speurders die achter de daders aanzitten. Daarin gaat hij heel ver. De koelbloedige moord op een klein kind als onderdeel van een comedy? Kan dat wel, vraag je je als kijker ongemakkelijk af, tussen de lachbuien door. Dat is nog eens wat anders dan een tafelscène op een brug die doet denken aan een oud schilderij.
PS: Iedere zondagavond verstuur ik In de Week, een zeer persoonlijke nieuwsbrief over wat ik de voorbije week zag, las, meemaakte en dacht. Abonneer je hier gratis.
Klinkt als een must see! Dank je.
Toevallig heb ik de film vanavond ook gezien, ik moest er even inkomen, maar vond hem grappig!
Ha mooi. Is wel een beetje apart inderdaad.