Boijmans is gesloten en niemand heeft de sleutel

Rotterdam heeft een museumprobleem. Als buitenstaander merk je het misschien niet zo maar al jaren voltrekt zich de ene na de andere ramp. Zo ging het Wereldmuseum bijna ten onder omdat er een directeur werd aangetrokken die marktwerking ging introduceren. Dat liep helemaal uit de klauwen. Slechts dankzij een paar wakkere Rotterdammers werd op het laatste moment voorkomen dat hij grote delen van de unieke collectie verkocht. Serieus.

Even later ging het mis met het Historisch Museum Rotterdam. Een verhuizing naar een nieuw gebouw mislukte totaal, zoals voorspeld door critici. Het museum werd gesloten en de bijzondere collectie over de geschiedenis van de stad ligt nu al jaren in een depot. Binnenkort wordt een tijdelijk pand op de Wilhelminapier betrokken, zeer tegen de zin van de huidige directeur die de nieuwe plek ongeschikt noemt. Gezellig.

Het Nieuwe Instituut, eigenlijk een architectuurmuseum met onder meer een schat aan maquettes, is langzaam aan het opkrabbelen na jarenlang geleid te zijn door een directeur met een afkeer van tentoonstellingen die vooral het nieuws wist te halen vanwege zijn schaamteloze vriendjespolitiek. 

Om maar een paar voorbeelden te noemen.

Het nieuwste drama betreft Boijmans van Beuningen, dat behoort tot een van de belangrijkste 50 musea ter wereld. Het wordt momenteel verbouwd. Dat is een understatement. Het wordt jarenlang verbouwd. Op z’n vroegst wordt het heropend in 2029.

Die verbouwing is ingrijpend en ingewikkeld. Het achterstallig onderhoud was zo zeer opgelopen dat het museum in 2019 acuut gesloten moest worden. De brandweer verklaarde namelijk dat het gebouw niet meer blusbaar was, vanwege het aanwezige asbest. Mocht er brand komen dan was gcontroleerd laten afbranden de enige strategie. De collectie zou verloren gaan. Bedenk daarbij dat het museum al eens eerder is afgebrand, in 1864, waarbij een groot deel van de collectie verloren ging, overigens mede doordat niemand de sleutel van het depot kon vinden. Die klungeligheid is helaas geen verleden tijd.

Het gaat om een verbouwing die, zo wordt steeds benadrukt, razend ingewikkeld is omdat het museum uit verschillende, in de loop der tijd aan het gebouw toegevoegde, onderdelen bestaat die onderling slecht met elkaar functioneren. Zo is er begin deze eeuw een nieuwe vleugel toegevoegd die dermate onhandig is dat de bezoekers er vrijwel niet kwamen. Die uitbouw is onder meer zo geworden omdat enkele buren van het museum indertijd de verbouwing tegenwerkten met tal van procedures. Rotterdam is gespecialiseerd in zelfverwoesting.

Je zou wellicht denken dat zo’n acute noodsituatie bij het museum tot vereende krachten leidt. Niets is minder waar. In de media verschenen verhalen over hoog oplaaiende conflicten en uit de hand lopende kosten. Een voorbeeld: de gemeente, eigenaar van het museum, verbood de directie en architect zonder toezicht met elkaar te praten. Echt waar.

De huidige stand is dat het museum nu al vier jaar gesloten is maar nog steeds niet duidelijk wordt wat er gaat gebeuren, hoe het er in de toekomst uit moet komen te zien.

In dat kader organiseerde het AD in debatcentrum Arminius een avond met als titel: Hoe verder met museum Boijmans van Beuningen? De vier belangrijkste medeplichtigen zouden acte de présence geven: directeur Ina Klaassen, architect Francine Houben en de wethouders Said Kasmi (D66, cultuur) en Maarten Struijvenberg (Leefbaar, financiën). De zaal was al dagen van tevoren uitverkocht, voor wat een van de spannendste avonden van het jaar beloofde te worden.

Peter Groenendijk, politiek verslaggever van het AD, verzorgde een korte inleiding en schetste op persoonlijke wijze de gevolgen. Zijn jonge dochter groeit op zonder Boijmans. Dat klinkt misschien als een luxeprobleem maar het is essentieel. Ik ben dat met hem eens en durf wel te beweren dat ik me als kind niet zo ontwikkeld had als ik niet dankzij Boijmans met topkunst kennis had gemaakt. 

Tegelijkertijd ontbrak het in zijn inleiding aan de neteligheden. Hete hangijzers werden niet aangeraakt. Het bleek de voorbode van wat ik vreesde. Een verslag daarvan geven is lastig omdat er wel veel gesproken werd maar heel weinig gezegd. 

Tekenend was dat de directeur het minste sprak. De architect was spraakzamer maar laveerde merkbaar om allerlei valkuilen heen en probeerde vooral de beeldvorming te bestrijden dat ze op het punt staat het museum te verwoesten. Lieden die daarvoor vrezen hebben in allerijl voor elkaar gekregen dat naast het oude museumcomplex, dat al een onaantastbaar rijksmonument is, ook twee latere toevoegingen (Het Tentoonstellingsgebouw uit 1972 en Het Paviljoen uit 1991) tot monument zijn verklaard. Ook daar mag dus niks meer aan veranderd worden. Ter plekke bleken de conservatieve activisten ook van plan de jongste toevoeging uit 2003 heilig te verklaren. Houben maakte duidelijk dat dat onmogelijk is. “De eis is dat het oude gebouw in ere wordt hersteld, dat is niet te combineren met behoud van de nieuwe toevoeging.” 

Ze maakte nog eens duidelijk hoe moeilijk de verbouwing is. Het oude gebouw kent bijvoorbeeld tal van trappen en doorgangen. Dat is lastig in verband met de optimale toegankelijkheid die het museum moet krijgen. Verder zit er een ongekende hoeveelheid asbest in het gebouw verwerkt en is de ligging middenin het centrum prachtig maar logistiek ook lastig.

Daarna hield wethouder Kasmi een nogal plichtmatig praatje over het grote culturele belang en kreeg Struijvenberg het woord, de spannendste gast van het gezelschap omdat hij over het geld gaat en niet wars is van ferme standpunten. Hij bleek er niet geheel verrassend vooral beducht voor dat het beschikbare budget van 223 miljoen wordt overschreden. Een eerder plan, dat tot wel 75 miljoen extra zou gaan kosten, heeft hij daarom taboe verklaard. Probleem is wel dat het grootste deel van het budget opgaat aan de wettelijk verplichte restauratie van het gebouw. Terwijl het toch ook echt noodzakelijk is het museum te vernieuwen. Struijvenberg is geen gekke Henkie en weet dat – ook gezien de economische ontwikkelingen – budgetoverschrijding onvermijdelijk is, dus ging daar ter plekke geen halszaak van maken.

En zo werd duidelijk dat niets duidelijk is. In december komt er een “definitief voorlopig plan” (echt waar). Er gaat niet gesloopt worden maar er is wel sprake van amoveren, dat is Latijn voor, jawel, slopen. En er worden ondertussen allemaal dingen georganiseerd om de collectie levend te houden, waar nu helaas niks over gezegd kan worden.

De hele avond was er geen visie, geen ambitie te bekennen en nam vooral ook niemand het voortouw. De directeur klaagde dat de beste stuurlui aan wal staan en dat het echt wel goed komt maar ik zag toch vooral een stuurloos schip. 

Daarna was het tijd voor vragen uit de zaal. Dat leverde ook al geen enkel vuurwerk op. Er was het verzoek om het gebouw tijdens de verbouwing – af en toe – open te stellen zodat het publiek kan meekijken. De vier achter de tafel maakten duidelijk dat zulks onmogelijk was. Iemand vroeg verbaasd waarom het naastgelegen splinternieuwe Depot niet meer voor tentoonstellingen benut wordt. De directeur antwoordde dat dat gaat gebeuren maar wilde niet specifiek worden. Een man stapte naar voren en gaf wat tips op grond van zijn eigen ervaring met de verbouwing van zijn huis. En zo ging het maar door.

Dit was een avond over een van de belangrijkste musea ter wereld maar als je niet beter wist had het ook over de speeltuin van Surhuisterveen kunnen gaan. Een aanklager ontbrak en eigenlijk ook iedere vorm van kritiek. Alleen maar zorgen met bijbehorende blikken. De boel staat bij wijze van spreken nog net niet in de fik maar de sleutel van het depot is nog steeds zoek en niemand durft de deur te forceren.

Hoe verder met Boijmans, luidde de titel van de avond. Ik moet bekennen dat ik daar geen enkel beeld van heb gekregen maar wel het ergste begin te vrezen.

PS: Iedere zondagavond verstuur ik In de Week, een persoonlijke nieuwsbrief over wat ik de voorbije week zag, las, meemaakte en dacht. Abonneer je hier gratis.

2 Comments

  • Ja Francisco, het was een ongelovelijk tamme avond met vooral publiek van boven de 75 jaar. En ja, ik kreeg de neiging om te zeggen kan het hele gebouw niet gewoon tegen de grond, rijksmonument of niet. En waarom is het Depot gebouwd, wanneer er nu weer zulke enorme logistieke aan-en afvoerproblemen zijn van zowel de kunst als het afval. Ik vond het vooral wat je noemt een politiek correcte avond, waar je geen steek wijzer van werd. Ik denk ook dat jouw conclusie terecht is, ook ik vrees het ergste.

    • Het publiek bestond denk ik voor een groot deel uit AD-lezers. Dat het boven de 75 was deel ik niet en vind ik ook geen criterium. Het gaat om mensen met hart voor kunst, niet om marketing.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.