Als de dood op je schouder tikt

Als ik ergens een hekel aan heb dan is het de dood. Ik praat er niet graag over en denk er niet graag aan. Ik zal niet zeggen dat ik hem ontken maar ik stop hem het liefst weg, ergens in een kamer ver weg, met alle deuren op slot. Je begrijpt dat de dood zich daar weinig van aantrekt, zoals ook de tuinman leerde in het beroemde gedicht van P.N. van Eyck.
Ik wil maar zeggen dat ik niet bepaald stond te trappelen toen bleek dat de nieuwste film van mijn favoriete regisseur Costa-Gavras over de dood gaat en De Laatste Adem heet. Zaterdag ging die in première op het IFFR en de oude meester was er zelf bij. Het werd een ervaring waarvan ik vermoed dat die mijn leven verandert.
De film is gebaseerd op een boek van Regis Debray (84), de Franse filosoof die bevriend raakte met Che Guevarra en later minister van cultuur werd. Hij schreef het samen met Claude Grange, een arts gespecialiseerd in palliatieve zorg. Het duo hielp Gavras met het omzetten naar een scenario voor een speelfilm.
De film opent met een man die een MRI-scan ondergaat. Je voelt meteen de spanning en blijft als kijker toch hopen dat er niets aan de hand is. Net als de patiënt in kwestie, een filosoof op leeftijd, briljant gespeeld door Denis Podalydés. Dat die hoop meteen zo opbloeide in mijn gemoed op het moment dat die overweldigd werd door vrees, vond ik voor mezelf verrassend. Hoop is ons enige wapen tegen de dood. Maar wat nu als er geen hoop meer is?
De filosoof, die de zorgen over zijn eigen onduidelijke medische toestand tracht weg te stoppen door het als een abstractie te benaderen, komt bij toeval in contact met een arts palliatieve zorg. De twee raken in gesprek en er bloeit het plan samen een boek te schrijven. De arts neemt de filosoof mee op zijn patiëntbezoeken en we zien een reeks voorbeelden voorbijkomen van mensen die gaan sterven en hoe zij en hun naasten daarmee omgaan. Van ontkenning tot woede, van verdriet tot verlossing, van eenzaamheid tot verbinding.
In de Q&A na afloop van de première vertelde de inmiddels 92-jarige Costa-Gavras dat hij voor de rol van die arts bewust een bekende Franse komiek, Kad Merad, heeft uitgezocht. “Dat maakt het geloofwaardiger.” Hij herinnerde er aan dat hij die benadering eerder heeft toegepast bij Missing, zijn indrukwekkende film over de fascistische staatsgreep in Chili waarin Jack Lemmon op zoek gaat naat zijn vermiste zoon. Het leverde hem destijds een Oscar op. Ook in deze film Le Dernier Souffle is het effect wonderbaarlijk. Het is alsof de arts je een vriendelijke rondleiding geeft langs de poorten van de dood.
Vriendelijk is niet het juiste woord. Wat de film kenmerkt is een enorm krachtig humanisme. Dat is altijd al een specialiteit van Costa-Gavras maar ik heb het niet eerder zo sterk gezien als in deze film. Het is een film die de tranen in je ogen doen zwellen maar waar ook veel te lachen valt. Dat klinkt misschien ongelofelijk maar is dat ook niet vaak zo op begrafenissen? Is dat niet het moment waarop mensen zich ook realiseren hoe mooi het leven is of was?
Le Dernier Souffle is natuurlijk ook een politieke film. In Frankrijk woedt het debat over euthanasie al jaren, dat wil zeggen dat conservatieve, religieuze politici tegenhouden dat er een menswaardige wettelijke regeling voor komt. De Fransen die een zacht en zelfgekozen einde aan hun lijden willen moeten op het einde van hun leven nog naar het buitenland vluchten. Er is wel een nieuwe wet, waar het woord euthanasie niet in genoemd mocht worden, die de situatie enigszins verbetert maar ik weet niet of die al echt is aangenomen. De politieke situatie in Frankrijk is als gevolg van het oprukken van extreemrechts nog een stuk chaotischer dan in Nederland.
Producente Michèle Ray-Gavras (87 en al meer dan 50 jaar met de regisseur getrouwd) vertelde dat ze nog nooit zoveel moeite heeft gehad een film gefinancierd te krijgen. “Zo gauw ze het onderwerp hoorden trokken financiers zich terug.” Die fobie voor de dood is niet natuurlijk maar hangt samen met religieuze dogma’s. In andere culturen wordt die meer gevierd dan gevreesd, stipt de film aan.
Het politieke en maatschappelijke gekrakeel komt in Le Dernier Souffle overigens niet aan de orde. Slechts zijdelings wordt duidelijk dat het gevoelig ligt. Ondertussen proberen de artsen de mensen zo waardig en prettig mogelijk naar de uitgang te begeleiden. De gesprekken tussen de arts en filosoof gaan onder meer over wat die uitgang eigenlijk is en waarom we nooit willen weten waar die is. Als kijker ga je deelnemen aan dat gesprek. Ik heb dat nooit eerder zo meegemaakt in een film.
De film, die nog 2x op het iffr te zien is, gaat deze maand in Frankrijk in première. Ik hoop dat Nederland snel volgt.
PS: Iedere zondagavond verstuur ik In de Week, een zeer persoonlijke nieuwsbrief over wat ik de voorbije week zag, las, meemaakte en dacht. Abonneer je hier gratis.
Een absolute must watch voor mij. 😉
Ja, voor iedereen zou ik zeggen