Niet te vertrouwen

Een tijd terug kocht ik een nieuwe wasmachine die voorzien is van automatische wasmiddeldosering. Er zitten twee bakjes in. Een voor poeder en een voor vloeistof. Ik zei nog tegen de verkoper dat ik drie verschillende soorten wasmiddel gebruik, voor wit, bont en zwart. In capsules of van die magisch verdwijnende doekjes. De man, die op leeftijd was en ervaring uitstraalde alsof het een emotie is, schudde z’n hoofd, voorzichtig, alsof hij in werkelijkheid zijn algehele afkeuring over zoveel onwetendheid onderdrukte. “Die capsules en doekjes moet je niet nemen. Die vervuilen de machine en leidingen. Bovendien zijn ze te duur. Gewoon poeder voor de witte was, dat is het beste. En met het vloeibare wasmiddel vul je dit reservoir. Heb je er geen omkijken meer naar.”
Ik voelde een last van mijn schouders afglijden. Nooit meer die knagende onzekerheid over of ik te veel of te weinig wasmiddel gebruik. Daarom was ik immers ooit overgestapt op van die buitenaards ogende capsules die zogenaamd uit zichzelf oplossen maar gevuld lijken met een of ander alien slijm. Dat die doekjes niet deugen had ik al ontdekt bij het repareren van de lekkage waarvoor ik nu een nieuwe wasmachine nodig had. Overal zwart kleverig spul, een soort beschimmelde kauwgom.
“Maar ik heb twee soorten wasmiddel voor niet-witte was? Hoe doe ik dat dan als ik het reservoir helemaal moet vullen met een soort?” De verkoper legde zijn hand op de machine, bij wijze van bemoedigend gebaar. “Altijd wasmiddel voor donkere was gebruiken. Dat bevat het minste bleekmiddel. Beter voor je kleuren en de stof.”
Ik beken dat ik even twijfelde of hij nu de tekortkomingen van de machine aan het goedpraten was of echt een deskundig advies gaf. Een ‘ja maar…’ zwol aan. Als doorgewinterd verkoper las hij meteen mijn gedachten. “Die wasmiddelenfabrikanten… breek me de bek niet open. Wat die de mensen allemaal niet aansmeren. Schandalig gewoon.”
Nu wist ik meteen wie ik moest vertrouwen. Deze beschaafde, eerlijke verkoper en niet die smerige wasmidddelenindustrie. Het voelde alsof ik was gered. Gelukkig maar.
Vloeibaar wasmiddel voor zwarte was, dat moest ik hebben. De Albert Heijn had een bonusaanbieding. 2 flessen Ariel Revita Black + 3 flessen gratis. Ik ben niet goed in wiskunde maar het klonk als een aanbieding die nauwelijks te overtreffen viel.
Met 5 flessen ging ik op huis aan. Ik deed het luikje van de wasmachine open en schroefde de dop van de fles om die helemaal leeg te gieten in het superslimme reservoir. Toen zag ik het. Ik keek in de fles en het was alsof ik een blik in een bodemloze put wierp. Hij leek helemaal leeg. Of nou ja, voor de helft. Wat gek. De fles zag er uit als een anderhalve liter fles. Ik checkte het label. 810 ml stond er op. Wat een rare hoeveelheid. En klopte dat wel?
Ik pakte een maatbeker uit de keuken en goot de fles leeg. 760 ml. Dat was raar. En bovendien niet eerlijk. Ja, ik ben bekend met krimpflatie waarbij de hoeveelheden kleiner worden terwijl de prijzen gelijk blijven. Maar dit was driedubbel op. De hoeveelheid was verkleind maar de verpakking niet. En er zat minder in dan op de verpakking stond vermeld.
Ik moest terugdenken aan de tijd dat ik in een zeepfabriek werkte. In de nachtdienst. De indringende geuren, het lawaai van de machines dat ieder gesprek onmogelijk maakte. Maar ook de grote precisie waarmee het proces zich voltrok. Het maken van de zeep, het vullen van de verpakkingen. Alles werd afgemeten in tijd en volume.
Hier moest ik iets mee. Aangifte doen? De Consumentenbond inlichten? Mijn collega’s van Kassa waarschuwen? Dat duurde allemaal te lang. Ik wilde nu meteen actie. Sociale media! Volkswoede! Ja!
Ik maakte twee foto’s. Een van de verpakking met het opschrift 810 ml en de ander met de maatbeker waar duidelijk minder in zat. Wat moest ik nog meer? Ah, de prijs vermelden. Dan kunnen slimmeriken uitrekenen hoeveel de schade is. Hoeveel kostte zo’n fles eigenlijk? 13,99. Mijn god wat duur.
“Winkeldiefstal, maar dan anders. Net gekocht bij AH. Fles Ariël wasmiddel kost 13,99 euro. 810 ml blijkt in de praktijk 750 ml. Wie goed is in wiskunde mag uitrekenen voor hoeveel de klant wordt afgezet.” postte ik handenwrijvend op Facebook, Bluesky, Threads en Instagram. Om vervolgens te ontdekken dat ik na 20 jaar nog steeds niet weet hoe social media werken.
De verwachtte storm van verontwaardiging bleef uit. Je moet niet bij AH kopen, luidde een welgemeend advies. Wel meer mensen weten het probleem aan de supermarkt maar dat leek me niet voor de hand liggen. De fles wordt immers in een zeepfabriek gevuld en aangeleverd. Maar het kan natuurlijk geen kwaad AH te wantrouwen. Dat moet je altijd doen bij vreemden die zeggen dat ze wel op de kleintjes zullen letten.
Anderen wezen er op dat er achter de hoeveelheid aanduiding de letter e staat. Dat staat voor environ, Frans voor ongeveer. Sommigen gaven links naar de Europese regelgeving hieromtrent. Het blijkt dat het betekent dat er afwijkingen mogelijk zijn maar dat die zich binnen bepaalde marges moeten bevinden en dat het gemiddelde van een x aantal verpakkingen wel 810 ml moet bevatten.
Ik wist dat eerlijk gezegd niet. Het kwam me allemaal nogal Brussels over maar ik ging naar de gangkast en checkte de andere flessen. Toen ontdekte ik dat het handvat van de fles een venster bevat waaraan je kunt aflezen hoeveel vloeistof er in de fles zit. Bij geen van de vier was dat niveau hetzelfde.
Gelukkig merkten sommigen op dat de hoeveelheid in dit geval wel buiten de toegestane marges lag. Voor een ander deugde ik gewoon niet, was ik bovendien het bewijs voor de belabberde staat van de journalistiek in het algemeen. Niet vergeten als je straks de Washington Post leest of naar Nieuwsuur kijkt. Niet te vertrouwen die lui. Ik zag het zelf op Facebook.
Anderen meenden dat ik de fles niet goed uit had laten lekken. Ik keerde fles nog eens om. Er viel inderdaad na lang wachten nog een druppel in de maatbeker. Te weinig om verschil te maken.
Sowieso viel me op hoeveel mensen ervan uit gingen dat ik me vergiste of een fout maakte en dat er per definitie niks mis was. De maatbeker was onnauwkeurig. Ik schreef 750 terwijl het 760 was. De maatbeker stond scheef. Een enkele meting is onvoldoende. “Degene die bij jou thuis de was doet” had er vast al een portie uitgehaald. Tot en met ‘Waarom zou je dit überhaupt gaan zitten nameten?’
Er zijn vaak onderzoeken naar het vertrouwen in dit of dat met vaak alarmerende uitslagen omdat niemand meer ergens in lijkt te geloven maar hier zag ik weer een ander fenomeen. Het systeem deugt niet, dat wil zeggen totdat de ander daar ook van overtuigd is. Dan is het plots weer heilig. We zijn tegen zo lang de andere voor is. Ik herinnerde me een bijzonder soort peiling waarbij mensen gevraagd werden wat ze dachten dat hun buren stemden. Dan zag het politieke landschap er ineens heel anders uit.
Ik raakte er nog meer van in de war. Betekent vertrouwen in de instituties dat je je medeburgers moet wantrouwen als ze daar kritisch op zijn? Is het vragen of je iets vertrouwt sowieso niet een teken van wantrouwen? De aversie die ik toch al heb tegen de peilingindustrie groeide weer wat.
Maar goed, was ik zelf ook niet bezig wantrouwen te zaaien met mijn posting? Moest ik mijn ervaring voor me houden? Of anders formuleren? Iets in de trant van ‘kijk, heb ik even pech? Gelukkig is er nu een andere klant die vast en zeker automatisch wat extra krijgt toebedeeld van de zeepmultinational. Die kun je immers vertrouwen.’
Dan waren er de mensen die zich richten op het feit dat ik wasmiddel in plastic flessen koop, dat ik geen alternatief ecomiddel gebruik dat je online kunt bestellen, dat ik het niet zelf maak. De stelling ‘het betere is de vijand van het goede’ werd hier weer eens bewezen. Het ging niet om de mogelijke misstand die ik aan de kaak stelde maar dat ik eigenlijk iets anders had moeten doen. Dat is schering en inslag op social media: protesteer voor Palestina en mensen vragen waarom je niks voor zeehondjes doet, protesteer voor zeehondjes en je krijgt mensen die je verwijten dat je niks voor Palestina doet. Mijn ervaring is overigens dat dergelijke ‘critici’ zelden zelf iets doen. Activisten geven niet snel af op andere activisten die met een ander onderwerp bezig zijn. Als ze dat wel doen, kun je beter op je hoede zijn want het zijn nooit de fijnste types.
Dat was allemaal zo en dat had ík deze week allemaal bedacht nadat ik de posting had geplaatst en af en toe een reactie op de commentaren wierp. Maar toen ik dit schreef en zocht naar voorbeelden viel me op hoeveel mensen zo aardig waren geweest gewoon antwoord te geven op de vraag: voor hoeveel word je in dit geval benadeeld? Iets meer dan een euro. Dat was natuurlijk niet echt zo omdat het dit keer in de praktijk 2+3 gratis was maar het gaat om het principe.
En je weet, als het om principes gaat, volgt er zelden een glimlach.
PS: Iedere zondagavond verstuur ik In de Week, een zeer persoonlijke nieuwsbrief over wat ik de voorbije week zag, las, meemaakte en dacht. Abonneer je hier gratis.
Weer eens een heerlijk ouderwets ADD stuk! Ik heb erg moeten lachen. En ook nog wáár!
Goede punten! Wat een gedoe hè? Je wilt gewoon de was doen en dan dat gedoe met soorten en meningen (ook binnen huishouding)
Ariel moet je sowieso boycotten.
Goed verhaal, ik merk dat er veel verpakkingen zijn waar voorheen 500gr. in zat en nu 420 of 400gr. Prijzen zijn dan niet of nauwelijks verhoogd.
Mag je in de winkel de fles die je koopt wellicht aanvullen tot 810ml met andere een fles uit het schap die je niet koopt?
Lijkt mij een elegante oplossing.