De zwarte heilige die niet zwart was

In deze dagen gaat het weer vaak over de ‘joods-christelijke cultuur’, zo’n prachtig conservatief verzinsel om de eigen geschiedenis wit te wassen. Veel joden kunnen je wel uitleggen dat ze niet van die prettige associaties hebben met het christendom. Het concept ‘joods-christelijke cultuur’ wordt vooral gebruikt om zich af te zetten tegen die andere wereldreligie, de islam.

In de Franse stad Lille liep ik afgelopen weekend min of meer toevallig een geschiedenis in die een verrassende blik geeft op hoe christelijke standpunten door de eeuwen heen veranderen, naarmate dat politiek beter uitkomt. Tijdens een zondagse wandeling door het centrum zag ik een oude kerk waarvan de deur open stond. Een kerk zoals oude kerken zijn, een gebouw dat even statig is als aangevreten door de tijd, een soort architectonische druipkaars. 

De kerk was ook van binnen zoals kerken zijn, leeg maar vol verhalen. Iedere brandende kaars staat voor geleden leed, ieder heiligenbeeld is vaker om hoop gesmeekt dan enig mens. Je gaat zitten en het komt allemaal op je af in de stille leegte. Tegelijkertijd is het een cultuur die aan het sterven is. Alle taken in de kerk worden verricht door oude mensen.

Ik liep langs de beelden met stuk voor stuk gezichtsuitdrukkingen die duidelijk maken dat het einde nabij is. Zoals dat van Jeanne d’Arc, de handen op de rug gebonden, de blik ten hemel gericht. Voor haar op de grond een bloeiende orchidee, ernaast een brandende kaars. Dat laatste vond ik wel weer ongevoelig gezien dat deze heldin op 19-jarige leeftijd door de kerk op de brandstapel werd gezet en levend verbrandde. Nog zo’n fijne christelijke traditie. Die kaars leek ineens een reminder.

Tegenover haar stond het beeld van een gespierde man met een Romeins kapsel in Romeins legeruniform. Hij leek in sombere gedachten verzonken terwijl hij naar een houten kruis keek dat hij in zijn handen hield. Het bleek Sint Maurice, de heilige waarnaar de kerk vernoemd is. Naast hem stond een kartonnen bord met uitleg wie hij was. Dat zie je niet vaak. 

Sint Maurice was volgens de legende een Romeins generaal die in het jaar 286 op bevel van de Romeinse keizer Maximianus aan de goden werd geofferd omdat hij weigerde afstand te nemen van zijn christelijk geloof. En niet alleen hij, zijn hele legioen dat uit christenen bestond. Dat werd zogezegd gedecimeerd, een Latijnse term voor een collectieve straf waarbij iedere tiende man werd gedood. Als ze dan nog volhardden volgde een tweede ronde, weer iedere tiende militair. En dan weer. Tot ze zich afkeerden van het christendom of allemaal dood waren.

Dat legioen was afkomstig uit Egypte, het waren koptische christenen. Ze waren naar Europa gestuurd om een opstand van de Galliërs neer te slaan. Nadat ze de Alpen waren overgetrokken kregen ze opdracht de plaatselijke bevolking te doden als offer aan de goden. Maurice ontdekte dat de beoogde slachtoffers christenen waren, net als hij. Hij liet de keizer weten dat hij wel het Romeinse rijk wilde dienen maar weigerde mede-christenen te doden. Gehoorzaamheid aan God ging boven dienstbevelen, stelde hij in een brief “we zijn liever slachtoffers dan beulen, sterven liever onschuldig dan te leven als schuldigen”. 

En zo geschiedde dus. Hij stierf onschuldig. De heldendaad bleef niet zonder gevolgen. Het verhaal ging als een lopend vuurtje – excusez le mot – rond en de martelaar Maurice werd de spil van een nieuwe christelijke beweging in Zwitserland, Italië, Frankrijk en elders. Het luxe skioord Saint-Moritz dankt er zijn naam aan. 

Als cultureel katholiek smul ik van dat soort verhalen, ik ben er van kinds af aan mee grootgebracht, de ene marteldood nog gruwelijker dan de andere. Allemaal indachtig het afschuwelijke lijden van Jezus aan het kruis. Ook al zo prachtig.

Ik googelde Maurice en het werd nog interessanter. Op de vroege beelden die van hem werden gemaakt is hij een zwarte Afrikaan. Dat was hij in werkelijkheid niet, naar verluidt zag hij er meer uit als een Noord-Afrikaan. In de kunst werden die meestal afgebeeld met kromzwaarden en tulbanden. Dat kon in dit geval niet want dan zou het publiek denken dat het om een moslim ging. Dus maakten de christelijke kunstenaars er een zwarte Afrikaan van. Ook om duidelijk te maken dat het christendom zich, in tegenstelling tot de islam, over de hele wereld verspreid had. Heiligen kregen wel vaker een zwart uiterlijk.

Vervolgens werd in de 15e eeuw door de Portugezen de Transatlantische slavernij  ingevoerd. Dat ging niet zonder slag of stoot. Er waren christenen die daar grote bezwaren tegen hadden. Een paar weken geleden was ik in het slavernijmuseum in het Portugese Lagos, de plek waar voor het eerst in Europa zwarte mensen verhandeld werden alsof ze vee waren. In dat museum kun je een pleidooi zien van een hooggeplaatst persoon uit die tijd tegen de slavernij. “Deze mensen zijn niet onze vijanden, ze hebben ons geen kwaad gedaan. We mogen hen niet zo behandelen.” Of woorden van gelijke strekking.

Terwijl in de latere geschiedschrijving altijd is gesuggereerd dat slavernij de normaalste zaak van de wereld was. Dat was niet het geval. Ja, slavernij bestond al veel langer maar die had een heel ander karakter. De Europese ‘vernieuwing’ was vele malen wreder, onmenselijker en commerciëler. Daarom stuitte die op verzet van gewetensvolle mensen.

De publieke weerstand werd daarop gesmoord door de katholieke kerk, die altijd dienstbaar is aan het kapitaal. Er werd verzonnen dat zwarte mensen nazaten waren van de zondaars die door God uit het paradijs verjaagd waren. Ze droegen de erfzonde met zich mee, waren minderwaardig en daarom mochten witte Europeanen met hen doen wat ze wilden. 

Die racistische manier van denken is nog steeds aanwezig in de christelijke cultuur. De VVD bijvoorbeeld pleitte een paar jaar terug voor het strafbaar maken van het redden van mensen. We weten op welke drenkelingen ze daarbij doelen. Het zou ondenkbaar zijn dat ze zoiets, de moedwillige verdrinkingsdood, zouden verzinnen voor witte Europeanen. Al moet ik bekennen dat ik bijvoorbeeld Mona Keijzer, toch het type christen dat zelf de brandstapel voor Jeanne d’Arc zou aansteken, er wel toe in staat zie. Zij heeft het ook al op Oekraïeners voorzien.

Maar goed, de Europese christenen kwamen door de slavenhandel in hun maag te zitten met de afbeelding van zwarte mensen als heiligen. Want minderwaardig zijn en tegelijkertijd verheven is een lastig uit te leggen combinatie. Dus veranderden ze Maurice weer. En daarom zag ik in de kerk een witte Romein waarvan gezegd werd dat het Sint-Maurice was. Hij wordt er vereerd als held en heilige. Beeld je nu eens in dat Maurice een moslim was geweest die weigerde andere moslims te doden? Dan was hij in de christelijke cultuur tot op de dag van vandaag verketterd als onbetrouwbaar.

Overigens is het de vraag of Sint-Maurice ooit echt bestaan heeft of gewoon verzonnen is, zoals zoveel in de christelijke cultuur. Maar dat is een ander verhaal.

PS: Iedere zondagavond verstuur ik In de Week, een zeer persoonlijke nieuwsbrief over wat ik de voorbije week zag, las, meemaakte en dacht. Abonneer je hier gratis.

Leave a Comment

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Francisco
  • Francisco
  • Journalist